Slaapregressies zijn periodes waarbij je baby slechter slaapt dan dat je gewend bent. Tot dat je kindje twee jaar is gaat hij of zij vijf slaapregressies door. Je kunt slaapregressies vergelijken met mentale sprongen in de ontwikkeling. Een slaapregressie betekent dus vaak ook een progressie op een ander vlak, al voelt dat waarschijnlijk niet direct zo. Overigens hebben sommige kinderen geen last van slaapregressies.
Hoe herken je een slaapregressie?
Een slaapregressie herken je onder andere aan de volgende elementen:
– Korte dutjes
– Minder behoefte aan eten
– Hangerig en huiliger
– Vroeger wakker worden
– Langer wakker zijn gedurende de dutjes of nacht
– Weigeren van dutjes
Slaapregressies gaan gepaard met nieuwe mijlpalen in de ontwikkeling van je kind. Wanneer de slaapregressies precies optreedt is bij elk kind dus verschillend maar er zijn wel gemiddelden die wij hieronder met je delen. Meestal duurt een slaapregressie tussen de twee en zes weken.
4 maanden slaapregressie
Dit is het moment waarop jouw baby een belangrijke ontwikkeling door maakt: Baby’s snappen rond deze leeftijd plotseling dat ze onderdeel zijn van een grotere wereld. Een grotere wereld die ze maar al te graag observeren en dat kost ze veel energie. In deze fase ontwikkelt ook de diepere slaap zich waardoor het voor een baby moeilijk is om van een diepere slaap naar een lichtere slaap (en andersom) te gaan. Het gevolg hiervan is hazenslaapjes. Deze slaapregressies ervaren veel ouders als pittig. Je kunt deze slaapregressie vermijden door je kind op tijd te leren om zelf in slaap te vallen.
8 maanden slaapregressie
Deze slaapregressie is het gevolg van de motoriek die vooruitgaat zoals kruipen en optrekken om te gaan staan. Omdat de ene baby hier eerder meer is dan de andere baby kan deze slaapregressie zich ook een stuk eerder of later voordoen. Bij deze slaapregressie is de kans groot dat je baby opeens minder goed (overdag) slaapt. Veel baby’s zijn rond deze leeftijd ook klaar om het derde dutje te laten vallen. Je komt daarmee in een overgangssituatie waarbij je baby net niet genoeg heeft aan twee dutjes en aan drie dutjes net teveel heeft. Laat deze overgang dan ook geleidelijk verlopen en zorg ervoor dat je baby in ieder geval 2,5 uur overdag slaapt om uitgerust te blijven. Slaapt je baby minder dan 2,5 uur, dan is de kans groot dat de nachten onrustiger verlopen en dat je baby extreem vroeg wakker wordt.
12 maanden slaapregressie
Op deze leeftijd vinden veel baby’s het moeilijk om zich over te geven aan de dutjes overdag en aan de avondbedtijd. Je baby vindt de wereld namelijk zo leuk dat hij er helemaal opgewonden van raakt. Hij wil het liefst de hele tijd nieuwe vaardigheden leren zoals zitten en staan, het liefst ook tijdens de slaapmomenten. Een advies is om je baby niet herhaaldelijk neer te blijven leggen als hij gaat staan in zijn bed. Dit werkt alleen maar activerend en zorgt er juist voordat het nog langer duurt voordat hij gaat slapen. Geef je baby de ruimte om zelf te gaan liggen. Je baby leert op deze manier vanzelf dat het lekkerder is om te liggen tijdens het slapen.
18 maanden slaapregressie
De oorzaak van deze slaapregressie is de taalontwikkeling van je kind. Opeens vroeg wakker worden en/of lang wakker zijn gedurende de nacht komt vaak voor bij deze slaapregressie. Daarbij piekt verlatingsangst op deze leeftijd waardoor sommige kinderen het opeens lastig vinden om alleen te gaan slapen.
24 maanden slaapregressie
Bij de leeftijd twee hoort veel nee. Op deze leeftijd leert je kindje om onafhankelijk te zijn. Nee zeggen tegen een dutje is dus interessant en dit zal vaker gebeuren. Belangrijk hierin is dat je consequent blijft met het middagdutje. Je kind heeft namelijk zeker nog een dutje nodig. De meeste kinderen hebben een middagdutje nodig t/m drie a drieënhalf jaar. Laat je de dutjes te vroeg vallen, beid je dan voor op onrustige nachten en vroeg wakker worden.
Wat te doen als je kind in een slaapregressie zit?
Het enige wat je kunt doen is consequent blijven doen wat je altijd doet. Breng je kind gewoon naar bed op de momenten dat hij moe is. Breng niet te veel wijzigingen aan in de routines, ook al is dit juist verleidelijk. Slaapregressies zijn moeilijk voor jou als ouder, maar ook voor het kind. Door duidelijk en consequent te blijven help je je kind hier het snelst doorheen.