In dit artikel vind je hoe je je baby kunt slaaptrainen door middel van de Chair methode. De Chair methode (ook wel de shuffle methode genoemd) houdt in dat je naast je kind zit terwijl hij/zij in slaap valt. Elke paar dagen ga je iets verder van je kind af zitten zodat hij/zij leert om 1. In slaap te vallen zonder dat hij jou ervoor nodig heeft 2. Dat ook al verdwijn jij uit het zicht, je nog steeds dichtbij bent De chair methode is een populaire methode om te slaaptrainen. Het wordt ook wel een ‘gentle’ methode genoemd. Door sommigen wordt beweerd dat dit de manier is om je kind zonder huillen te slaaptrainen. Hoewel dit inderdaad een hele gentle methode is, is het niet waar dat er geen huilen aan te pas komt. Slaaptraining is het af en aanleren van bepaalde slaapgewoontes van je kind. Verandering is moeilijk en de kans dat je kind hiertegen in gevecht gaat is groot.
Hoe werkt de chair methode?
Wanneer het tijd is om naar bed te gaan, leg je je kind wakker in bed. Wanneer je kind begint te huilen ga je in de kamer zitten, op een stoel of op de grond. Blijf op die stoel zitten totdat je kind in slaap valt. Zorg dat je je kind niet afleidt terwijl je in de stoel zit. Sommige ouderen lezen daarom een boek, anderen doen alsof ze zelf ook slapen. Wanneer je kind eenmaal slaapt kun je de kamer verlaten. Maar, wanneer je kind opnieuw wakker wordt en begint te huilen ga je terug naar dezelfde plek waar je eerder zat. In de stoel of op de grond. Dit herhaal je elke keer wanneer je kind wakker wordt en begint te huilen. Om de paar dagen verplaats je de stoel meer richting de deur. Belangrijk is om die stoel na een paar dagen ook daadwerkelijk te verplaatsen. Het kan goed zijn dat wanneer je de stoel naar achteren plaats je kind weer meer van slag is dan daarvoor.
Dag 1 t/m 3: Ga direct naast het ledikant zitten. Je kunt je kind af en toe aanraken. Probeer je kind níet op te pakken en probeer je kind niet continue aan te raken, we willen voorkomen dat dit een nieuwe slaap associatie creëert. Probeer niet tot weinig tegen je kind te praten. Als je dit wel wilt doen probeer je dit te beperken. Ons advies is om niet te praten maar wel af en toe SSSSHHH SSSHHH te zeggen. Probeer je kind niet te veel aan te kijken aangezien dat vaak stimuleert. Als je kind gaat zitten of gaan staan mag je hem af weer neerleggen maar probeer dit niet vaker dan één keer te doen, we willen voorkomen dat dit een spelletje wordt.
Dag 4 t/m 6: Verplaats de stoel een stuk verder richting de deur. Vanaf nu raak je je kind dus ook niet meer aan, je kunt wel af en toe nog ssssh zeggen en af en toe tegen hem praten als je dit wilt.
Dag 7-9: Plaats de stoel vlak bij de deur, zorg dat je nog wel in het zicht bent. Wederom mag je af en toe SSSSH zeggen of-indien je dit liever hebt- af en toe tegen je kind praten. Probeer dit wel minder vaak te doen dan bij de vorige twee stappen.
Dag 10-12: Verplaats de stoel buiten de deur, maar zorg wel dat je (deels) in het zicht bent. Wederom: Probeer weer een stuk minder te SSSSH en te praten.
Dag 13+: Verplaats de stoel naar de hal of een kamer dichtbij. Probeer amper nog iets te zeggen en vertraag de SSSSHH of het praten tot een minimum. Eventueel kun je af en toe naar je kind gaan, maar probeer dan wel in de deuropening te blijven staan en je kind niet te veel te stimuleren. Een paar punten om mee te nemen voordat je aan de slag gaat: – Ziekte, vakantie, tijdsverandering kan er weer voor zorgen dat je tijdelijk weer de stoel in de kamer moet zetten voor een paar dagen. Als je dit doet is mijn advies om de stoel al dichtbij de deur te zetten zodat je binnen een paar dagen weer buiten staat – Deze methode is geschikt vanaf 6 maanden en kan tot 4 jaar. – Ons advies: Begin eerst ’s avonds en ‘s nachts en, wanneer dit goed gaat, dan pas overdag. Je wilt voorkomen dat je kind oververmoeid wordt.
Deze methode is geschikt voor:
– Kinderen die gewend zijn om gekalmeerd te worden en/of in slaap te vallen in het bijzijn van hun ouders.
– Kinderen die angstig zijn voor monsters of het donker.
– Kinderen die met hun ouders geco-sleept hebben, in bed of in dezelfde kamer.
– Ouders die consequent en geduldig kunnen zijn (aangezien je voor minimaal twee weken veel zal moeten wachten ín de kamer van je kind als hij of zij in slaap valt.
Deze methode is niet goed voor:
– Kinderen die snel overgestimuleerd zijn bij de aanwezigheid van ouders, bijvoorbeeld omdat het kind wil spelen of juist harder gaat schreeuwen om aandacht.
– Ouders die het lastig vinden om hun kind overstuur te zien en niets tot weinig mogen doen (terwijl ze in dezelfde kamer zijn).